Villa de Leyva, een filmisch koloniaal stadje, hart van Colombia
- Arjan
- 4 mrt 2017
- 2 minuten om te lezen
Na ons bezoek aan het regenachtige en bij tijd en wijle koude Bogota waren we toe aan een warmere omgeving. Zo belanden we donderdag 2 maart in Villa de Leyva een klein koloniaal stadje veertig kilometer ten westen van Tunja, in het departement Boyacá in het hart van Colombia.Op de weg ernaar toe kwamen langs een belangrijk Colombiaans monument: de Puente de Boyacá (de Boyacá brug) waar de slag van Boyacá plaatsvond op 7 augustus 1819 en was de inleiding van de onafhankelijk van Nieuw Grenada (onder Simon Bolivar), ofwel het Noorden van Zuid-Amerika. De Spanjaarden werden hier dus verslagen.Het dorpje Villa de Leyva is een heel charmant met mooie koloniale huizen met de kenmerkende architectuur en veel bloemen. Er zijn winkeltjes waar ambachtelijke waar wordt verkocht en de meeste straten in het centrum zijn gemaakt van kinderkopjes zoals in koloniale tijden. Ons beviel het wijdse Plaza Mayor (grootste plein van Colombia) en de prachtige bergen eromheen. Villa de Leyva werd op 12 juni 1572 gesticht door Hernán Suarez de Villalobos en genoemd naar de eerste regent van Nieuw-Granada, Andrés Díaz Venero de Leyva. Naast een fijne stadswandeling op vrijdag bezochten we de ecologische markt waar we heerlijke groentes en olijfolie kochten. Verder deden we het rustig aan die dag.
De zaterdag begonnen we met een korte bergwandeling vanuit ons hostel.
Daarna huurden we mountainbikes en reden daarmee door de hoge vallei (2144 meter hoog) waar fossielen uit het Mesozoïcum en het Krijt gevonden worden. Daar bezochten we het Museo Del Fosil welke was gebouwd rondom het enorme fossiel van een kronosaurus. Prachtig!
We nuttigden de meegenomen broodjes en fietsen stevig bergop naar een prachtig gelegen klooster gesticht op 15 maart 1620: Monasterio de Santo Ecce Homo.
Op de terugweg daalden we rap af en bezochten we 1 van de 4 wijnhuizen van de vallei: Viñedo Ain Karim. Daar wordt prima wijn gemaakt onder de naam Marques de Villa de Leyva. Wij namen een fles Cabernet Sauvignon mee.
Helaas viel er bij het verlaten van het wijnhuis een trapper van mijn fiets af, waarna we ons met een taxi moesten laten ophalen. Gelukkig vonden we het schroefdopje terug zodat het er weer stevig aangedraaid kon worden. Na duizendmaal excuus van de sympathieke mevrouw van de fietsverhuur liepen we terug naar ons hostel waar we het avondmaal bereiden. Met een lekker glaasje rode wijn erbij…uiteraard.
We besloten die frisse avond om niet de noordoostelijke route naar de Caribische kust te volgen, maar om per vliegtuig vanuit Bogota te vliegen naar Santa Marta. We waren toe aan nog hogere temperaturen...
Commenti